Wat zijn de overeenkomsten en verschillen tussen een appel en een noot? En wat heeft pindakaas daar mee te maken? Wanneer ontkiemt een zaad en hoe groeit een plant? Waarom zijn er zoveel verschillende bloemen? En wat hebben insecten daarmee te maken? 

Verdeeld over drie delen (herfst, lente en zomer) ontdekken de leerlingen hoe de levens­cyclus van zaadplanten verloopt. Ontdekkend en onderzoekend leren staat in dit project centraal.

Doel:

In de herfst onderzoeken leerlingen zaden en vruchten. In de vroege lente ontdekken ze door onderzoekjes hoe zaadplanten ontkiemen en groeien. In de vroege zomer kijken ze naar bloemen en ontdekken hoe door bestuiving zaden gevormd worden en hoe belangrijk insecten daarbij zijn. De grootste ontdekking is misschien wel dat… al die energierijke zaden en vruchten voor dieren en mensen heel belangrijk zijn

Tijdsinvestering:

Doe-het-zelf-project

Variabel; kernprogramma ca. 2 uur per deel.
Naar keuze uit te breiden.

Verdere benodigdheden:

Zelf verzorgen: afhankelijk van welke activiteiten je kiest gaat het om in de herfst: verschillende soorten vruchten en zaden (van bomen en struiken), in de lente: verschillende soorten zaden, potjes en aarde en in de zomer: (wilde) bloemen.

Alle lesbeschrijvingen, werkbladen en extra materiaal staan op de lesvoorbereidingspagina.

Opmerkingen:

Deel 1. Herfst: Zaden en vruchten > september of oktober
Deel 2. Lente: Zaad wordt plant > maart of april
Deel 3. Zomer: De bloemen bloeien > mei of juni

Let op Dit is een Doe-het-zelf-project, dat betekent dat je de benodigde ­materialen voor dit project zelf regelt.

Nieuwsgierig naar de inhoud van deze les? Klik dan op lesvoorbereiding.