Met de les Schaap en haar wol maken de leerlingen kennis met schapen. Ze ontdekken hoe schapen eruit zien, hoe ze zich bewegen, wat ze eten en hoe ze leven. Er is wol om te kaarden, te spinnen en iets van te maken.
Doel:
Na de les
kunnen leerlingen de uiterlijke kenmerken van schapen benoemen en aanwijzen: kop, oren, poten, hoeven, staart en vacht (wol)
kunnen leerlingen de geslachten van schapen juist benoemen: ram, ooi, lam
kunnen leerlingen uitleggen wat een kudde is en waarom schapen in een kudde leven
kunnen leerlingen uitleggen wat herkauwen is en waarom schapen herkauwen
kunnen leerlingen verschillende eigenschappen van wol benoemen
kunnen leerlingen enkele dingen noemen die van wol gemaakt worden
kunnen leerlingen het proces van wol als schapenvacht tot wollen trui of vilt beschrijven